6 mei 2014 : Roeselare Wielermuseum – Brouwerij Rodenbach
Roeselare, een provinciestad in het hart van West-Vlaanderen. We bezoeken er het Wielermuseum en maken er kennis met de brouwerij Rodenbach, rijk aan erfgoed.
Het Wielermuseum, gehuisvest in een voormalige brandweerkazerne, is gewijd aan de geschiedenis van de fiets en van het wielrennen. Logischerwijze begint de rondleiding in de Monseré-zaal, ingericht met waardevolle wielersouvenirs van de ooit zo populaire Roeselarenaar Jean-Pierre – Jempi – Monseré. Wereldkampioen geworden op zijn 21ste, nieuw wieleridool, klaar om het tegen Merckx op te nemen, verongelukte Monseré nauwelijks negen maanden later, in regenboogtrui, tijdens een wielerwedstrijd in Retie. Zijn gouden medaille en de originele WK-trui springen in het oog.
Het wielrennen is vergroeid met onze volksaard en langs het tentoonstellingsparcours maken we kennis met de grootste Belgische wielerkampioenen, van de pionier Cyriel Van Hauwaert over Briek Schotte, Rik Van Steenbergen, Rik Van Looy, Eddy Merckx, Johan Museeuw en Tom Boonen tot Philippe Gilbert.
Het wielermuseum brengt ook de geschiedenis van de fiets in kaart : de houten loopfiets, de eerste trapfiets en uiteraard de moderne koersfiets. René en echtgenote zijn bereid te poseren op de ‘hoge bi’, een fiets die bestaat uit een heel groot voorwiel en een heel klein achterwiel.
Een blik op het ambachtelijke fietsenatelier met smidse loont eveneens de moeite. We zien er o.a. hoe fietszadels gemaakt werden.
We vernemen er ook dat er in Afghanistan of Tibet nauwelijks sprake is van fietsen en dat in landen als Iran of Algerije fietsen voor vrouwen uit den boze is.
Momenteel loopt er een thematentoonstelling : de Fenomenale Fietsotheek, een selectie van unieke fietsen, een quadruplette voor de gangmakers, de allereerste ligfiets of de triatlonfiets van Iron Man-winnaar Luc Van Lierde.
We lunchen in het sfeervolle restaurant van de brouwerij Rodenbach. Na de uitstekende maaltijd geniet de keukenchef van het applaus van de deelnemers.
De kennismaking met de brouwerij begint met een korte film. In de 18de eeuw vestigde Alexander Rodenbach, die als geneesheer gediend had in het Oostenrijkse leger, zich in Roeselare. Onder zijn nazaten vinden we Georges Rodenbach, een Franstalige schrijver en dichter, Albrecht Rodenbach, een Vlaamse schrijver en dichter en uiteraard de stichters van de brouwerij.
Het erfgoed in deze brouwerij is heel belangrijk o.a. de mouterij-ast met een kegelvormige kap, gebouwd naar een Engels model en uniek voor deze streek. Sinds geruime tijd is de ast niet meer in gebruik maar hij werd deskundig gerestaureerd.
Rondweg spectaculair is de foederzaal waar 294 eiken vaten staan waarin het bier rijpt. Sommige van deze foeders zijn meer dan 150 jaar oud en kunnen 65000 liter bier bevatten. Ze zijn onontbeerlijk voor het rijpingsproces van Rodenbach. Daarenboven zorgt het unieke gistingsproces voor de zachtzure smaak. De foeders worden traditioneel gemaakt zonder nagels of schroeven. Tussen de duigen wordt riet geklemd om de foeder ‘bierdicht’ te maken. In Roeselare zijn nog twee kuipers in dienst die oude versleten foeders herstellen. Wie een receptie of een huwelijksfeest organiseert kan dit doen in deze unieke omgeving.
Rechtover de ingang van de brouwerij staat het Rodenbach kasteel. Het leegstaande kasteel werd in 2012 omgetoverd tot een filmset die de statige dokterswoning in de prestigieuze televisieserie ‘In Vlaamse Velden’ moest voorstellen. Sinds kort is de villa eigendom van een Roeselaarse familie.
We eindigen het bezoek in een gezellige sfeer met een degustatie. Er waren deze keer minder belangstellenden dan bij vorige excursies maar eens te meer bleek dat de afwezigen ongelijk hadden.
Paul Delefortrie